- 1ste fase van de cyclus: de eerst fase wordt folliculaire fase genoemd en duurt ongeveer 14 à 15 dagen.

Deze fase begint de eerste dag van de menstruatie en duurt tot de eisprong. Het is voornamelijk deze fase die van vrouw tot vrouw in duur kan verschillen.

Onder invloed van de hormonen die aangemaakt worden door de hypofyse, een klier die zich in de hersenen bevindt en van daaruit de hele hormoonhuishouding van de vrouw regelt, zal een van de twee eierstokken een follikel met eicel laten rijpen.

Tegelijkertijd maken de klieren die zich in de baarmoederhals bevinden een stof aan die baarmoederslijmvlies genoemd wordt. Deze weke stof zal de zaadcellen helpen om zich een weg te banen door de baarmoeder naar de eileiders, om zich te voeden en zich te verdedigen tegen aanvallen van microben.

Tijdens deze fase blijft de lichaamstemperatuur normaal gezien onder 37°.

• 2de fase van de cyclus: de eisprong.

De eicel die wordt vrijgegeven door het follikel en ‘springt', wordt naar de eileiders geleid. De trilhaartjes, die zich aan de wand van de eileiders bevinden, helpen de eicel zich voort te bewegen naar de plaats van bevruchting.

De eisprong gaat gepaard met een verhoging van de lichaamstemperatuur van 0,5°. De eicel heeft, eens in de eileider, 24 uur de tijd om bevrucht te worden. Net voor de eisprong wordt het baarmoederslijmvlies vloeibaarder en komt er een kleine opening in de baarmoederhals. Op die manier kunnen de zaadcellen makkelijker naar de baarmoeder gestuwd worden.

• 3de fase van de cyclus: deze fase wordt luteale fase genoemd en duurt van de eisprong tot de vooravond van de volgende menstruatie (12 tot 14 dagen).

Tijdens deze fase gaat de follikel die de eicel heeft vrijgegeven als het ware helen. Zodra het rijpe eiblaasje openbarst, vult de holte van de follikel zich met bloed. De cellen van de follikelwand dringen de met bloed gevulde holte binnen en beladen zich met een gele kleurstof. Op die manier ontstaat het gele lichaam of corpus luteum dat verantwoordelijk is voor de productie van de hormonen oestrogeen en progesteron. Progesteron bereidt het baarmoederslijmvlies voor om de bevruchte eicel te ontvangen. Het slijmvlies verdikt en het aantal bloedvaten, die zich met bloed vullen, verhoogt.

Indien de eicel niet bevrucht wordt, stopt het gele lichaam met de afscheiding van progesteron en verschrompelt het. Deze plotselinge daling van de hoeveelheid hormonen in het bloed veroorzaakt kleine samentrekkingen van de bloedvaten van het baarmoederslijmvlies die op hun beurt leiden tot de menstruatie.