Drinken uit een flesje is voor je baby iets heel anders dan drinken aan de borst. Het vergt nu eenmaal een heel andere techniek dan drinken aan de borst. Meestal duurt het wel een tijdje voordat je baby wil of kan drinken van een flesje.
Hoe lang het ook duurt, forceer je baby niet want dat maakt het probleem alleen maar erger. Probeer na een mislukte poging de baby wat af te leiden voordat je borstvoeding geeft. Anders kan hij de borstvoeding zien als een beloning voor de flesweigering.
Wanneer je weet dat je baby in de toekomst regelmatig van een flesje zal moeten drinken, kan je vanaf 6 weken starten met af en toe een flesje afgekolfde melk aan te bieden. Het kan dat je baby nu nog een vreemd flesje accepteert en door de zuigreflex meteen begint te zuigen. Voor de borstvoeding kan het ook geen kwaad want op dit moment is de borstvoeding goed op gang en weet de baby voldoende hoe hij van de borst moet drinken.
Dit is echter absoluut geen garantie op succes. Het kan zijn dat je baby de eerste keer het flesje wel wil en een paar weken later niet meer of omgekeerd.
Het is daarom ook niet altijd aangewezen om bovenstaand advies te volgen. Stel dat je baby op 6 weken het flesje niet wil en ook de weken nadien niet, dan heb je als mama een zeer stressvolle tijd samen met je baby en dat is iets wat we zeker willen vermijden.
De situatie dat een baby niet van de fles drinkt als hij naar de opvang moet, komt regelmatig voor. Wees vooral trots op jezelf dat je je baby tot nu toe het beste van jezelf hebt gegeven! Er zijn een paar scenario’s die op zo'n moment mogelijk zijn: of je baby neemt toch de fles in de opvang, hoewel hij dat thuis niet deed; of je baby wil dit de eerste dagen of weken niet maar aanvaardt uiteindelijk toch de fles; of je baby blijft de fles weigeren.
In de laatste twee gevallen mag het flesje zeker regelmatig aangeboden blijven worden. Let wel op, het is niet de bedoeling dat de baby hierbij telkens overstuur raakt. Indien je baby al vaste voeding neemt kan de hoeveelheid melk bijvoorbeeld ook onder de groentepap gemengd worden.
Wat vaak een goed resultaat geeft, is de baby laten drinken aan een bekertje, hoe jong ze ook zijn. Dit aanvaarden ze meestal wel. Die beker is een gewone open beker, geen teutbeker ofzo. De bedoeling is om ermee aan cupfeeding te doen: je houdt de beker schuin tegen het onderlipje, zo schuin tot de melk ongeveer het lipje raakt, je giet de melk dus niet in de mond. Dan zal de baby met zijn tongetje de melk komen halen in de beker. Na een korte oefenperiode is dit vaak de beste oplossing.
Indien je je met je baby in de situatie van flesweigeren bevindt is het raadzaam op consultatie te gaan bij een vroedvrouw om de verschillende opties samen te bespreken.