Laten we eerlijk zijn; een tutter helpt. En meteen al na de geboorte! Het zuigen kalmeert een onrustige of huilende baby. Je kan je baby namelijk niet onafgebroken aan de borst leggen. Een fopspeen is dan een uitkomst; maar het gebruik van een fopspeen heeft ook nadelen.
Kies je er voor geen borstvoeding te geven, dan kan jij je baby best meteen een tutter geven. Het is immers wetenschappelijk bewezen dat kinderen die geen borstvoeding krijgen een hoger risico hebben op wiegedood. Kinderen die daarentegen een tutter krijgen om in te slapen, hebben een opmerkelijk lage kans te sterven aan wiegedood. De zuigreflex helpt een baby verder te ademen, ook in een diepe slaap.
Geef jij je kindje borstvoeding, dan zal je vroedvrouw je waarschuwen dat een fopspeen je baby in de war kan brengen. Zuigen op een fopspeen vraag een andere zuigtechniek dan drinken aan je borst. Je baby moet zijn mond wijd opendoen om de borst te pakken. Voor een fopspeen hoeft hij zijn mondje niet wijd te openen. De tepel komt ver achter in de mond van je kindje liggen; een tutter ligt vrij voorin de mond. Hierdoor drinkt je baby minder aan de borst, waardoor hij minder kan gaan groeien. En doordat hij minder bij je drinkt, loopt je melkproductie terug.
Vroedvrouwen en borstvoedingskundigen raden aan 4 tot 6 weken te wachten voor jij je kind een tutter geeft, zodat je baby de zuigtechniek bij borstvoeding echt goed onder de knie heeft. Als we even op de redactie rondvragen blijkt toch dat elke journaliste en webdesigner de tutter vroeger bovenhaalde, ook bij borstvoeding. Geen enkele moeder op onze redactie kreeg problemen met borstvoeding. Had jij problemen met borstvoeding nadat je kind een tutter kreeg?